Naar de inhoud gaan

Waarvoor participatie?

Wat is participatie en wat niet?

Inleidende tekst | Algemeen kader

12 april 2024 — 7 min

Welke participatie? 

Politieke participatie is essentieel om een democratisch systeem in stand te houden en aan te passen. Een democratie is een bestuursvorm waarin de macht wordt uitgeoefend door het volk, via vertegenwoordigers die zijn aangesteld na vrije en eerlijke verkiezingen, en door de burgers via hun directe of indirecte betrokkenheid bij de besluitvorming. De term ‘participatie’ kan betrekking hebben op verschillende realiteiten in een democratie. 

In deze context verwijst ‘burgerparticipatie’ naar alle acties die iemand kan ondernemen om deel te nemen aan het democratische leven. Participatie verwijst naar de uitoefening van burgerschap. Deze acties kunnen gegroepeerd worden in drie complementaire categorieën: verkiezingsparticipatie, sociale participatie en overheidsparticipatie.  

  • Verkiezingsparticipatie houdt in dat je je stemrecht uitoefent (en je recht op kandidaatstelling) om politieke vertegenwoordigers op verschillende machtsniveaus aan te wijzen. 
  • Sociale participatie gaat over het uitdrukken van waarden en het leveren van een bijdrage aan de gemeenschap, bijvoorbeeld door vrijwilligerswerk.  
  • Overheidsparticipatie verwijst naar participatiemechanismen (raadpleging, co-constructie, medebeslissing) die door overheden worden georganiseerd. 

De term ’burgerparticipatie’ wordt vaak gebruikt als synoniem voor ‘overheidsparticipatie’, waarbij soms ‘buiten verkiezingen om’ wordt gespecificeerd: participatieve democratie, overlegdemocratie, participatiemechanismen, democratische innovaties... met andere woorden, elke vorm van burgerparticipatie die door de overheid buiten verkiezingen om wordt georganiseerd en die op verschillende momenten in de publieke besluitvormingscyclus kan plaatsvinden (voorbereiding, beslissing, uitvoering, evaluatie).  

Naast individuele burgers kunnen ook andere actoren betrokken zijn bij overheidsparticipatie. Dit is bijvoorbeeld het geval bij sociale groeperingen of collectieven, die kunnen worden beschouwd als belanghebbenden bij specifieke projecten of dossiers (handelaarsverenigingen, wijkcomités, enzovoort). 

Een andere manier om het te verwoorden is door te spreken over bottom-up participatie of top-down participatie, om te benadrukken wie het proces initieert: vertegenwoordigers van de overheid of georganiseerde burgers. 

Wanneer burgerparticipatie consultatief is, is het een essentieel feedbackmechanisme voor politici, dat een uitwisseling tussen burgers en politici mogelijk maakt. Participatieve betrokkenheid kan een gevoel van legitimiteit en verantwoordelijkheid tegenover politieke instellingen en processen bevorderen. Als het op besluitvorming aankomt, breidt burgerparticipatie het vermogen van burgers uit om hun stem te laten horen en collectieve keuzes te beïnvloeden buiten verkiezingen om. 

 

In de hier samengebrachte teksten over “initiatieven voor burgerparticipatie” wordt verstaan: elke vorm van participatieve en deliberatieve democratie die burgers raadpleegt en betrekt bij het besluitvormingsproces, als onderdeel van de ontwikkeling, uitvoering en evaluatie van overheidsbeleid (overheidsparticipatie, top-down); of die burgers in staat stelt zich te organiseren om samen op te treden of de verantwoordelijken te interpelleren (burgerparticipatie, bottom-up). 

Waarom burgers betrekken? 

Door participatie en burgerschap met elkaar te verbinden, wordt de mogelijkheid benadrukt dat burgers burgeracties kunnen ondernemen die niet beperkt blijven tot verkiezingen. Op die manier kunnen ze hun rechten versterken en bijdragen aan het bepalen en realiseren van het collectieve belang.  

Voor de overheid helpt het betrekken van burgers om het publieke debat levend te houden, om de kwaliteit en haalbaarheid van een project en de legitimiteit en aanvaardbaarheid van een beslissing te vergroten, terwijl het de steun en het gevoel van verbondenheid met een gemeenschap of gebied bevordert.  

Participatie heeft daarom vier hoofddoelen: 

  • Burgerparticipatie organiseren (burgerrechten)
  • De publieke besluitvorming helpen te verbeteren (collectief belang) 
  • Het democratisch debat op gang brengen (publiek debat) 
  • Politieke ongelijkheid compenseren (sociale rechtvaardigheid) 

Participatiemechanismen bieden ruimte voor participatie en overleg, volgens vastgestelde regels en gedeelde normen. Ze kunnen verschillende vormen aannemen [interne link: 7 soorten van maatregelen]. Deze ruimten verschillen in vorm en inhoud van elkaar: 

  • opiniepeiling, 
  • online stemming, 
  • openbare communicatie- en informatiecampagne, 
  • informele discussie tussen een politieke vertegenwoordiger en kiezers, 
  • openbaar debat tussen specialisten, 
  • sociologisch onderzoek naar de leefomstandigheden of voorkeuren van individuen, 
  • -… 

Al deze elementen kunnen ook nuttige informatie verschaffen voor ruimten voor participatie en overleg, maar kunnen deze niet vervangen. Initiatieven voor burgerparticipatie onderscheiden zich van deze vormen van raadpleging of kennis door hun link met burgerschap, politieke besluitvorming en publieke actie. 

Wat zijn de engagementen en behoeften op het vlak van participatie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest? 

Het Brussels Gewest wordt internationaal erkend voor zijn innovatieve mechanismen en zijn trekkende rol op het vlak van democratische participatie. Voorbeelden hiervan zijn de G1000, een uniek experiment dat in Brussel is opgezet; en de opkomst in de afgelopen jaren van een aantal innovatieve participatieve initiatieven waarbij gebruik wordt gemaakt van loting, zoals de Overlegcommissies van het Brussels Parlement en de permanente Burgerraad voor het klimaat.  Verschillende gemeenten zetten zich ook al langer in om bewoners bij lokale projecten te betrekken, burgers te raadplegen en initiatieven op het terrein van verenigingen en burgers aan te moedigen. 

Op lokaal niveau hebben de oprichting van wijkraden of panels, de implementatie van burgerbegrotingen en de oprichting van specifieke diensten aangetoond dat er een groeiende wens is om burgers bij overheidsprojecten te betrekken.  

In haar algemene beleidsverklaring van 2019 verklaarde de Brusselse regering dat ze voorstander is van een visie op Brussel waarbij de burgers betrokken worden en waarbij in het bijzonder gekozen wordt om:  

“burgerparticipatie centraal te stellen in haar acties en beleid.  Ze heeft met name voor het eerst een minister voor Participatieve Democratie benoemd (...) bijgestaan door een nieuwe Participatiedienst, die zowel burger- als overheidsinitiatieven zal ondersteunen. (...) De wens om burgers meer te betrekken bij het beheer van de stad komt al tot uiting in tal van initiatieven, zowel op lokaal als op gewestelijk niveau: deliberatieve raden, online raadplegingen bijvoorbeeld om de naam van bepaalde gewestwegen te herzien, burgerpanel, burgerbegroting, enz. (...) De Brusselse regering is er immers van overtuigd dat de invoering van kwalitatieve en meer systematische participatieve processen voorafgaand aan en in de belangrijkste fasen van projecten een garantie vormt voor een betere kwaliteit ervan en een grotere sociale cohesie. Het gaat er ook om in te spelen op de democratische behoeften van de burgers en om te gaan met hun wantrouwen tegenover de politiek en de instellingen. “ (Verklaring van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, juni 2021, op voorstel van de minister-president en de minister van Participatieve Democratie, https://maron-trachte.brussels/nl/2021/06/22/het-brussels-gewest-lanceert-zijn-dienst-voor-burgerparticipatie/) 

 

“De deelname van alle Brusselaars aan deze nieuwe dynamiek is de voorwaarde voor het succes ervan. De meerderheidspartners hopen dat de Brusselaars de democratische ruimte innemen en steunen alle initiatieven die de Brusselse identiteit, de sociale cohesie en de verbondenheid van de Brusselaars met hun wijk, hun gemeente, hun Gewest versterken. (...) Verder is de Regering voorstander van een vernieuwd inspraakmodel, dat bevorderlijk is voor het ontstaan van originele systemen die de Brusselse diversiteit weerspiegelen en dat de mogelijkheid biedt om volwaardig te beraadslagen over ingewikkelde uitdagingen, onder meer door middel van loting. 

In de meeste bevoegdheidsdomeinen, voor de goedkeuring van grote inrichtings- en mobiliteitsprojecten en afgezien van de verplichte overlegregels zal de Regering er de voorkeur aan geven om het overleg met en de participatie van de betrokken inwoners en belanghebbende partijen te laten plaatsvinden in een vroeg stadium. 

Verder zal de Regering haar steun toezeggen aan elk inspraakgericht initiatief dat steunt op een nauwgezette methode en aan elke daadwerkelijke beraadslaging waarbij burgers hun inbreng kunnen doen, in het kader van een hervorming van de inspraakmogelijkheden in het Parlement, zoals de oprichting van gemengde commissies met burgers en verkozenen, of een nieuwe hervorming van het petitierecht om er een aantrekkelijker instrument van te maken waarmee burgers wetgevende initiatieven kunnen nemen. De voorstellen die voortvloeien uit  dergelijke inspraakgerichte initiatieven , zullen aan het einde systematisch besproken en beantwoord worden door de instellingen in kwestie. 

Verder zal de Regering haar steun toezeggen aan participatieve en coöperatieve begrotingen, die het bijvoorbeeld mogelijk maken om initiatieven rond sociale cohesie te financieren of gerichte stedelijke aanpassingswerken uit te voeren. Zij zal de opkomst van dergelijke projecten steunen in álle wijken van het Gewest. “ (Gemeenschappelijke Algemene Beleidsverklaring van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering en het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie, REGEERPERIODE 2019-2024, https://www.parlement.brussels/wp-content/uploads/2019/07/07-20-Algemene-Beleidsverklaring-brussels-parelement-2019.pdf ) 

Om deze uitgesproken politieke ambitie in de praktijk om te zetten, heeft de Dienst Participatie van het Brussels Gewest sinds zijn oprichting in 2022 talrijke ontmoetingen georganiseerd met belanghebbenden op het vlak van participatie. Deze bijeenkomsten hebben geleid tot de publicatie van een visienota, ”Participatie in het Brussels Gewest: uitdagingen, bevindingen en ontwikkeling”, Dienst Participatie in het Brussels Gewest, p.10-11, Nota de Visie.

In deze nota worden met name volgende punten genoemd voor participatie in Brussel: 

Vier behoeften: 

  1. De doelstellingen specificeren die worden toegekend aan participatie binnen de projecten; 
  2. De bereikbaarheid van de processen en de inclusie van de diverse doelgroepen versterken; 
  3. De coördinatie, samenhang, cohesie en communicatie tussen de verschillende participatieactorenontwikkelen; 
  4. De technische, menselijke en financiële middelen die aan de verschillende processen worden toegewezen, versterken.  

Drie doelstellingen:  

  1. De burgers in staat stellen een beter inzicht te krijgen in de projecten of het beleid en antwoorden te krijgen op de vragen die zij kunnen hebben; 
  2. De burgers in staat stellen bij te dragen tot de kwaliteit en de relevantie van het uitgevoerde project of beleid (of zelfs hun eigen projecten te ontwikkelen), rekening houdend met de diversiteit van de realiteiten en meningen; 
  3. De burgers in staat stellen kennis te nemen van de keuzes die op basis van hun bijdragen worden gemaakt.  

De Dienst Participatie, die nu twee jaar actief is, zet zich in om tools te ontwikkelen en praktijken te promoten die de participatieprocessen in Brussel kwalitatief verbeteren.